Ellen van Bemmel is twaalf jaar oud wanneer haar zusje Ida wordt geboren. Samen met haar broer en zus ziet ze hoe haar moeder Margje alle realiteit uit het oog verliest. Margje transformeert van zorgzame moeder in een godsdienstwaanzinnige.

Vijfentwintig jaar later koopt Ellen haar ouderlijk huis terug. Vol angst bivakkeert ze in de lege, kale kamers, die bevolkt worden door schimmen.

Wanneer Ellen oud is en in een verzorgingshuis woont, kijkt ze nog een keer terug op haar leven dat in het teken stond van vergeten en vergeten worden.

Maarten Bakker maakte samen met de spelers deze unieke toneelbewerking. Naar aanleiding van improvisaties gebaseerd op scènes uit het gelijknamige boek van Renate Dorrestein, is het script speciaal voor deze voorstelling geschreven.